In het koude jaargetijde hebben onze, in het wild levende, dieren voldoende voedsel nodig. Zelfs in de kleinste tuin kun je ze een handje helpen door zelf vogelvoer te maken! Zelf vogelvoer maken is leuk en gemakkelijk.
Insecten- en vruchteneters zoals roodborstjes, heggenmussen, winterkoninkjes, merels en mussen hebben voer zonder schillen nodig, bijvoorbeeld havervlokken, zemelen, rozijnen, bessen en (gedroogd) fruit. Zaadeters als vinken, mussen en gorzen hebben stevige snavels en eten graag zonnebloempitten, gehakte noten, pinda’s, gierst, graantjes, hennep en andere zaden. Bovendien zijn er ook vogels die gemengd voer eten, zoals mezen, spechten en boomklevers; zij passen zich in de winter aan en eten dan ook zaden.
Vogelvoer maken
1. Schep voor het maken van een vetfiguur 200 gram voer (zachtvoer, zaden of beide gemengd) in vormpjes van aluminium of glazen schaaltjes.
2. Leg eventueel een stuk stevig, maar dun touw door de zaden; dan kun je ze straks ophangen.
3. Smelt 200 gram ongebruikt en ongezouten (!) frituurvet en giet het over het voer.
4. Laat goed afkoelen en haal de figuurtjes uit de vorm (verwarm ze eventueel kort, dan komen ze makkelijker uit de vorm).
Vetbollen maken
Bij vetbollen ga je op bijna dezelfde manier te werk. Meng hiervoor eerst de zaden met het gesmolten vet en schep dit in bijvoorbeeld plastic bekertjes. Laat er direct een stevige draad in zakken, laat dan afkoelen en haal de vetbol uit de vorm.
Vond je dit artikel interessant? Lees dan ook: