Beleef de natuur in mei

In mei legt iedere vogel een ei, zo luidt het gezegde. De meeste trekvogels zijn terug en hebben hun nest al gereed. Het ontwaken van de natuur dat in maart en april al begon, zet nu echt door. Op een mooie meidag kan het echt als zomer voelen. Om optimaal de natuur te beleven in mei hebben wij de volgende bijzonderheden op een rijtje gezet.  

Alleen maar kijken

De naam zegt het al, de eenbes (Paris quadrifolia) brengt slecht één bes voort. En die is voor mensen zeer giftig, dus beter bewonder je de blauwzwarte bes van een afstandje. Eenbes bloeit vanaf eind april en vind je vooral in vochtige bossen, maar erg wijdverspreid is dit plantje niet. Overigens is de bes niet giftig voor en geliefd bij reeën, die zo zorgen dat de plant zich kan verspreiden. Je herkent hem aan de vier langwerpige bladeren, die in een krans staan, waaruit in het midden een groen gekleurde bloem verschijnt.

Gele bloemenzee

Geel zover het oog reikt: vanaf eind april staan enkele weken lang de koolzaadvelden in volle bloei. Dan zoemen de bijen over de trossen op zoek naar nectar en zorgen ze meteen voor de bestuiving. Dat hoeft niet per se, want de plant is in principe zelfbestuivend, maar het levert wel lekkere honing op! Hoewel er geen routekaartjes bestaan met koolzaadvelden, zie je ze steeds meer, vooral in Noord-Nederland. De fiets pakken en een mooie landelijke route volgen, is vaak al genoeg. Dan schijnt zelfs op een bewolkte dag de zon!

Meikevers in de eiken

Langs bosranden of open plekken in het bos kan je de meikever (Melolontha melolontha) zien, vooral wanneer er eikenbomen in de buurt zijn. De meikever dankt zijn naam aan de meimaand omdat ze dan het meest voor komen. Ook in juni zijn ze nog te vinden. Meikevers staan wel bekend als plaaginsect, omdat de larven gewassen eten die door de mens zijn gepland. Door de inzet van bestrijdingsmiddelen is de meikever in sommige gebieden volledig uitgeroeid.

Kleurrijke bloemenpracht

De Wilde akelei bloeit uitbundig in mei en gaat nog even door tot in juli. Je herkent de plant aan de diepblauwe, violette bloemen. Er zijn allerlei soorten akeleien, zoals de Akelei en de Alpenakelei, maar de Wilde akelei is de enige inheemse soort. De bloemen worden veel bezocht door de tuinhommel, zij kunnen goed bij de nectar en het stuifmeel door hun lange tong. Andere hommelsoorten prikken ook wel gaatjes in de zijkant van de bloemen om als nog bij het stuifmeel te kunnen.

Zin om de tuin in te gaan en wat klusjes te doen? Klik dan hier voor een overzicht van tuinklusjes die je kan doen in mei.