Niet alleen de paashaas zou bij zijn bezoek graag van een worteltjestaart willen snoepen. Ook bij je bezoek gaat deze sappige, zoete taart er ongetwijfeld in als koek. We kozen voor het traditionele recept van de enige echte Zwitserse rüblitorte.

Het gaat hier over een echte klassieker: deze taart, gemaakt met deeg waar heel fijn geraspte wortels in zijn verwerkt, prijkt op menig fraai gedekte paastafel. En dat is niet voor iets: dankzij de wortel is de taart heerlijk sappig en het zoete glazuur is het puntje op de i. Maar het zijn de kleine worteltjes van marsepein die van deze taart pas een echte Zwitserse rüblitaart maken; op ieder stuk hoort er één. De taart met de geraspte wortel is echt een paastaart, maar smaakt natuurlijk iedere dag! Voor wat afwisseling kun je het klassieke recept veranderen en in plaats van taart muffins maken. Of bestrijk de bovenkant in plaats van met glazuur met romige verse kaas.

Het recept voor worteltaart met marsepeinworteltjes
Voor een vierkante of ronde (spring)vorm (circa 26 cm)
Ingrediënten Voor de taart 280 g wortels, 7 eieren, zout, 280 g suiker, 1-2 tl citroenrasp (onbespoten), 350 g gemalen amandelen, 100 g volkorenbloem Voor het glazuur 1 eiwit, 200 g poedersuiker, 1-2 tl citroensap. Voor de marsepeinworteltjes 120 g marsepein, 60 g poedersuiker, rode, gele en eventueel groene levensmiddelverf (voor de steeltjes). Of gebruik pistachenoten voor de steeltjes.

Bereiding Verwarm de oven voor op 200 graden. Bekleed de springvorm met bakpapier. Schil de wortels en rasp ze fijn. Splits de eieren en klop de eiwitten met een snufje zout stijf. Voeg geleidelijk ongeveer de helft van de suiker toe en ga door met kloppen tot het mengsel heel stijf en glanzend is. Roer de eidooiers met de rest van de suiker en de citroenrasp romig. Schep ongeveer 1/3 van de geklopte eiwitten door de eidooiermassa.

Anderen lezen ook:  Boerenkoolstamppot

Meng de wortels met de amandelen en het volkorenbloem (1). Schep het mengsel voorzichtig met de rest van de geklopte eiwitten door het deeg (2). Schep het deeg in de springvorm en bak de taart circa 50 minuten. Laat hem daarna in de vorm afkoelen en een nacht rusten.

Haal de taart de volgende dag uit de vorm, draai hem om en leg hem met de gladde kant omhoog op een gebakschaal. Klop voor het glazuur het eiwit stijf. Voeg geleidelijk de poedersuiker en het citroensap toe en ga door met kloppen.

Voor een mooie afwerking kun je kiezen voor een rand van amandelschaafsel: Rooster ongeveer 80 gram amandelschaafsel in een pan zonder vet goudbruin. Verhit vervolgens 150 gram abrikozengelei en bestrijk de rand van de taart met de gelei. Bestrijk de bovenkant van de taart met het glazuur en versier de rand met het amandelschaafsel. Kneed voor de worteltjes de poedersuiker door de marsepeinmassa. Voeg enkele druppels rode en gele levensmiddelverf toe. Als je ervoor kiest om de groene steeltjes ook van marsepein te maken, houd dan een klein deel van de marsepein apart en voeg daar groene levensmiddelverf aan toe. Vorm van de oranje massa kleine wortels en maak van de groene marsepein kleine steeltjes. Of steek enkele pistachenoten in de worteltjes. Garneer de taart met de marsepeinworteltjes.

Bereidingstijd: 90 minuten ǀ Baktijd: circa 50 minuten ǀ Koeltijd: circa 12 uur